In de bovenbouw kun je kiezen voor het vak filosofie. Je krijgt drie uur per week les van een bevlogen docent. Iedere periode behandelen we een ander deelgebied. De toets bestaat steeds uit een aantal open vragen. In de zesde klas doe je eindexamen in een onderwerp dat landelijk is vastgesteld. Voor de komende jaren is dat een sociaal-maatschappelijk thema.
Wat is dat eigenlijk, filosofie?
Wat is filosofie? Dit is een van de meest gestelde vragen binnen de filosofie! Wie filosofeert wil namelijk alles bevragen en neemt geen genoegen met snelle en makkelijke antwoorden, zoals ‘Dat is nu eenmaal zo’ en ‘Omdat ik dat zeg’. Filosofie is dus vooral een activiteit: filosofie is filosoferen – en dat is stilstaan bij het eigen denken. Denken over denken dus! Inmiddels is onze hele wereld ingericht op basis van allerlei gedachtegangen en ideeën over de wereld: denk aan allerlei maatschappelijke en culturele instituties zoals de overheid, de rechtspraak, het onderwijs, hoe we wetenschap bedrijven en waarom dat belangrijk is, enzovoort.
Waar is dat dan goed voor, filosofie?
Wie goed wordt in filosoferen maakt een enorme zelfontwikkeling door. Je leert om je mening te vormen, maar ook om zaken van verschillende kanten te bekijken. Je zult zien dat je op onverwachte momenten ineens heel anders gaat denken. Bovendien word je reuze handig in: het stellen van de juiste vragen, het geven van goede argumenten, het oplossen van complexe vraagstukken en problemen. En dat is allemaal hard nodig om straks te kunnen uitblinken in je vervolgstudie en om je weg te vinden in het leven.